Op 26 mei, de slotavond van Festival a/d Werf, is Dat Staat opgericht. Op de laatste van zes avonden werd de eerste aanzet van een nieuwe Grondwet gepresenteerd. Waarin ook een verzameling van de uitspraken, gedachten en ideeën van de zes avonden staat. Hieronder lees je de volledige tekst. Dat Staat staat even niet meer, maar kijkt uit naar nieuwe plekken om zich weer op te richten. We houden je op de hoogte!
Het Manifest:
Mede-Dat Staters, Dat Staters van het eerste uur, hartelijk welkom bij de officiële oprichting van Dat Staat. Dit zijn de mensen met wie we het gaan doen. Kijkt u even om u heen. Misschien kent u een hoop mensen nog niet. Dat gaat veranderen en daar beginnen we nu mee. Stelt u zich even voor aan iemand die u niet kent. Vertelt u even op welke avond u bent geweest. Dan voelt het gelijk wat meer vertrouwd hier.
Iedereen stelt zich voor.
Wij stichten Dat Staat om ons weer opnieuw te ijken. Wat willen we? Wat is het ons allemaal waard? Wat is van waarde? Zes avonden hebben we geprobeerd onze wensen uit te spreken. Ook al is het soms een tijd geleden, wensen verleer je niet. Het raakt misschien wat roestig, maar uiteindelijk vinden we wat we willen.
Dit is de eerste aanzet voor onze nieuwe Grondwet. Zoals we op de avond over politiek zagen is Dat Staat niet de plek om te eisen. Lijsten met eisen werden lijsten met vragen. Dat Staat is niet bescheiden, maar wil liever groot wensen dan verongelijkt eisen. Vandaar dat wij als volgt beginnen:
Art. 1 – de staat
Wij wensen een staat te zijn die de optelsom van ons allen is.
Dat Staat is niets anders dan de verzameling van onze gedachten en handelingen. Wij zijn de staat. Wij zijn Dat Staat.
Wij wensen dat niet te vergeten en de staat niet tot een systeem te maken waar wij geen deel van uitmaken.
Art. 2 – politiek
Wij wensen een staat te zijn die bestuurd wordt op basis van vertrouwen en waarvan de bestuurders gecontroleerd willen worden.
Wij wensen een staat te zijn die de politiek ongemotiveerden motiveert en de onbemiddelden middelen verstrekt.
Wij wensen een staat te zijn waar mensen daadwerkelijk invloed hebben op de politiek en die mevrouw Charlotte niet als alleenheerser aanstelt.
Wij wensen een staat te zijn die zich realiseert dat als we maar vaak genoeg tegen mensen zeggen 'jullie kunnen niets en jullie willen niets' dat ook is wat gebeurt.
Sommige van ons wensten ook 'een stukje stemrecht' en een uitkering, maar dat werd niet heel breed gedragen.
Art. 3 – defensie
Wij wensen een staat te zijn die niet van oorlog houdt, maar die reageert op hulpvragen uit het buitenland.
Wij wensen een staat te zijn die nadenkt over een nieuw soort machtsmiddel om in te zetten in internationale conflicten. Een combinatie van defensie, diplomatie en ontwikkelingshulp.
Wij wensen een staat te zijn die handelt op basis van nauwkeurig onderzoek naar conflicten en niet zo maar extra vliegtuigen of bootjes vouwt.
Wij wensen een staat te zijn die zich realiseert dat de keuzes van de staat om het leger in te zetten onze keuzes zijn. Wij zijn Dat Staat.
Art. 4 – veiligheid
Wij wensen een staat te zijn die heel voorzichtig omgaat met verdachtmakingen. Die zich realiseert wat dat betekent voor mensen. Kortom, wij willen voorzichtig zijn met het uitdelen van witte papieren tassen.
Wij wensen een staat te zijn die heel goed vastlegt wanneer welke middelen ingezet mogen worden om onze veiligheid te bewaken.
Wij wensen te onthouden dat wij Dat Staat kunnen controleren.
Wij wensen een staat te zijn die niet alles ziet. Een mens heeft het recht om alleen iemand anders te zijn dan wanneer hij gezien wordt. Een mens heeft het recht om vergeten te worden.
Wij wensen een staat te zijn die een moreel appèl kan doen op de dader bij bepaalde misdaden.
Art. 5 – onderwijs
Wij wensen een staat te zijn waarin kinderen opgroeien tot geïnformeerde, zelfbewuste en getalenteerde mensen en Dat Staatsburgers.
Wij wensen een staat te zijn waarin de ouders de vrijheid hebben om het onderwijs voor hun kleine kinderen te kiezen en betrokken zijn bij het basisonderwijs. En die de leraren op de middelbare school serieus neemt en de mogelijkheid geeft om hun verantwoordelijkheid te nemen.
Wij wensen staat te zijn waarin mensen kritisch leren denken en elk kind les krijgt van meester Kennis, juffrouw van Waarde en meester Vaardig.
Wij wensen een staat te zijn waarin iedereen filosofie krijgt op school en minstens een inspirerende leraar heeft die hij zich een leven lang zal herinneren.
Art. 6 – zorg
Wij wensen een staat te zijn die mensen het recht op zorg geeft.
Wij wensen een staat te zijn die de familie en omgeving van de patiënt waardeert voor hun zorg.
Wij wensen een staat te zijn waar iedereen een eigen bed heeft in een ziekenhuis en misschien zelfs eigen styling van de kamer.
Wij wensen geen markt in de zorg maar caring capitalism.
Wij wensen een staat te zijn die mensen leert dat gezond zijn ook onze eigen verantwoordelijkheid is.
Art. 7 – bezit
Wij wensen een staat te zijn die eerst een gesprek voert en consensus bereikt voordat er iets verdeeld wordt.
Wij wensen een staat te zijn die door naar consensus over de manier van verdelen te streven ook naar gelijkheid streeft.
Wij wensen een staat te zijn die leert van hoe eerder zaken zijn verdeeld.
Wij wensen een staat te zijn waarin iedereen een aandeel heeft.
Wij wensen een staat te zijn die nadenkt over wat we te veel hebben.
Wij wensen een staat te zijn waarin mensen bedenken wat ze kunnen ruilen voordat ze voor iets gaan betalen.
Art. 9 – het laatste artikel
Wij wensen een staat te zijn die in de toekomst zichzelf telkens weer opricht, om ons steeds weer af te vragen: wat willen wij?
Wij wensen de vanzelfsprekendheid tegen te gaan.
Wij wensen te onthouden dat mensen tot veel bereid zijn en heel veel kunnen. Dat Staat heeft potentie.
Wij wensen een staat te zijn die dankbaar is. Dankbaar voor alle papieren vliegtuigen, alle goede bedoelingen en criminele intenties, alle spelers op het politieke speelveld, alle pleidooien voor medemenselijkheid van patiënten en familie, voor alle betrokken ouders, voor alle verdelingsvoorstellen. Hartelijk dank. Kom terug bij een volgende oprichtingsronde.
Het Manifest:
Mede-Dat Staters, Dat Staters van het eerste uur, hartelijk welkom bij de officiële oprichting van Dat Staat. Dit zijn de mensen met wie we het gaan doen. Kijkt u even om u heen. Misschien kent u een hoop mensen nog niet. Dat gaat veranderen en daar beginnen we nu mee. Stelt u zich even voor aan iemand die u niet kent. Vertelt u even op welke avond u bent geweest. Dan voelt het gelijk wat meer vertrouwd hier.
Iedereen stelt zich voor.
Wij stichten Dat Staat om ons weer opnieuw te ijken. Wat willen we? Wat is het ons allemaal waard? Wat is van waarde? Zes avonden hebben we geprobeerd onze wensen uit te spreken. Ook al is het soms een tijd geleden, wensen verleer je niet. Het raakt misschien wat roestig, maar uiteindelijk vinden we wat we willen.
Dit is de eerste aanzet voor onze nieuwe Grondwet. Zoals we op de avond over politiek zagen is Dat Staat niet de plek om te eisen. Lijsten met eisen werden lijsten met vragen. Dat Staat is niet bescheiden, maar wil liever groot wensen dan verongelijkt eisen. Vandaar dat wij als volgt beginnen:
Art. 1 – de staat
Wij wensen een staat te zijn die de optelsom van ons allen is.
Dat Staat is niets anders dan de verzameling van onze gedachten en handelingen. Wij zijn de staat. Wij zijn Dat Staat.
Wij wensen dat niet te vergeten en de staat niet tot een systeem te maken waar wij geen deel van uitmaken.
Art. 2 – politiek
Wij wensen een staat te zijn die bestuurd wordt op basis van vertrouwen en waarvan de bestuurders gecontroleerd willen worden.
Wij wensen een staat te zijn die de politiek ongemotiveerden motiveert en de onbemiddelden middelen verstrekt.
Wij wensen een staat te zijn waar mensen daadwerkelijk invloed hebben op de politiek en die mevrouw Charlotte niet als alleenheerser aanstelt.
Wij wensen een staat te zijn die zich realiseert dat als we maar vaak genoeg tegen mensen zeggen 'jullie kunnen niets en jullie willen niets' dat ook is wat gebeurt.
Sommige van ons wensten ook 'een stukje stemrecht' en een uitkering, maar dat werd niet heel breed gedragen.
Art. 3 – defensie
Wij wensen een staat te zijn die niet van oorlog houdt, maar die reageert op hulpvragen uit het buitenland.
Wij wensen een staat te zijn die nadenkt over een nieuw soort machtsmiddel om in te zetten in internationale conflicten. Een combinatie van defensie, diplomatie en ontwikkelingshulp.
Wij wensen een staat te zijn die handelt op basis van nauwkeurig onderzoek naar conflicten en niet zo maar extra vliegtuigen of bootjes vouwt.
Wij wensen een staat te zijn die zich realiseert dat de keuzes van de staat om het leger in te zetten onze keuzes zijn. Wij zijn Dat Staat.
Art. 4 – veiligheid
Wij wensen een staat te zijn die heel voorzichtig omgaat met verdachtmakingen. Die zich realiseert wat dat betekent voor mensen. Kortom, wij willen voorzichtig zijn met het uitdelen van witte papieren tassen.
Wij wensen een staat te zijn die heel goed vastlegt wanneer welke middelen ingezet mogen worden om onze veiligheid te bewaken.
Wij wensen te onthouden dat wij Dat Staat kunnen controleren.
Wij wensen een staat te zijn die niet alles ziet. Een mens heeft het recht om alleen iemand anders te zijn dan wanneer hij gezien wordt. Een mens heeft het recht om vergeten te worden.
Wij wensen een staat te zijn die een moreel appèl kan doen op de dader bij bepaalde misdaden.
Art. 5 – onderwijs
Wij wensen een staat te zijn waarin kinderen opgroeien tot geïnformeerde, zelfbewuste en getalenteerde mensen en Dat Staatsburgers.
Wij wensen een staat te zijn waarin de ouders de vrijheid hebben om het onderwijs voor hun kleine kinderen te kiezen en betrokken zijn bij het basisonderwijs. En die de leraren op de middelbare school serieus neemt en de mogelijkheid geeft om hun verantwoordelijkheid te nemen.
Wij wensen staat te zijn waarin mensen kritisch leren denken en elk kind les krijgt van meester Kennis, juffrouw van Waarde en meester Vaardig.
Wij wensen een staat te zijn waarin iedereen filosofie krijgt op school en minstens een inspirerende leraar heeft die hij zich een leven lang zal herinneren.
Art. 6 – zorg
Wij wensen een staat te zijn die mensen het recht op zorg geeft.
Wij wensen een staat te zijn die de familie en omgeving van de patiënt waardeert voor hun zorg.
Wij wensen een staat te zijn waar iedereen een eigen bed heeft in een ziekenhuis en misschien zelfs eigen styling van de kamer.
Wij wensen geen markt in de zorg maar caring capitalism.
Wij wensen een staat te zijn die mensen leert dat gezond zijn ook onze eigen verantwoordelijkheid is.
Art. 7 – bezit
Wij wensen een staat te zijn die eerst een gesprek voert en consensus bereikt voordat er iets verdeeld wordt.
Wij wensen een staat te zijn die door naar consensus over de manier van verdelen te streven ook naar gelijkheid streeft.
Wij wensen een staat te zijn die leert van hoe eerder zaken zijn verdeeld.
Wij wensen een staat te zijn waarin iedereen een aandeel heeft.
Wij wensen een staat te zijn die nadenkt over wat we te veel hebben.
Wij wensen een staat te zijn waarin mensen bedenken wat ze kunnen ruilen voordat ze voor iets gaan betalen.
Art. 9 – het laatste artikel
Wij wensen een staat te zijn die in de toekomst zichzelf telkens weer opricht, om ons steeds weer af te vragen: wat willen wij?
Wij wensen de vanzelfsprekendheid tegen te gaan.
Wij wensen te onthouden dat mensen tot veel bereid zijn en heel veel kunnen. Dat Staat heeft potentie.
Wij wensen een staat te zijn die dankbaar is. Dankbaar voor alle papieren vliegtuigen, alle goede bedoelingen en criminele intenties, alle spelers op het politieke speelveld, alle pleidooien voor medemenselijkheid van patiënten en familie, voor alle betrokken ouders, voor alle verdelingsvoorstellen. Hartelijk dank. Kom terug bij een volgende oprichtingsronde.
Tenslotte: de voorbereidingen van Dat Staat waren onmogelijk zonder een groep geweldige, bevlogen en nooit aflatende denkers, schrijvers, bouwers en doeners. Respect en een lintje. Zonder hen geen Dat Staat.
En dan wil ik nu over gaan tot een kleine oprichtingsceremonie. We hebben het zweet en de tranen van alle oprichters van de afgelopen avonden verzameld en gelijk verdeeld. Laten wij zo meteen deze uitgieten op dit stukje grond. Hier beginnen wij opnieuw. Daarna vullen we de glazen opnieuw en kunnen we proosten en praten.
Daar gaan we: hierbij richten wij Dat Staat op. Telt u mee: drie twee één.
Gieten. Licht naar rood.
Laten we drinken. We hebben hier een uur en als u wilt dan sluit u zich aan. Dan bezetten we het Neude en zullen vanaf Dat Staat verspreiden. Dank u wel.